Ik bevind me in het knusse appartement van de moeder van mijn vriendin, net buiten het centrum van Riga. Aldaar zit ik met mijn laptop op schoot ietwat doelloos te ‘facebooken’. Na ettelijke minuten scrollen, komt er een bericht voorbij over een informatiesessie van de ‘Netherlands – Asia Honours Summer School’ (kortweg: NAHSS). Ik had er nog nooit van gehoord. Ervan uitgaande dat het programma niet voor rechtenstudenten bedoeld was, scrolde ik vrolijk verder. De dag erop kwam hetzelfde bericht op mijn feed voorbij, nu met likes van twee van mijn mede- rechtenstudenten. Ik moest toch maar eens op onderzoek uitgaan. Men komt na even googlen al snel terecht bij de officiële website van het NAHSS-programma, alwaar men begroet wordt met een filmpje, die door middel van jaloersmakende mooie beelden informeert over de verschillende steden en Universiteiten waar de 100 deelnemende studenten in de zomer terecht kunnen komen (Honk Kong, Taipei, Beijing en Chendu). Daarnaast pronkt de NAHSS-website met de vele partners van het programma: met, inter alia, een breed scala aan multinationals, vier ministeries en alle Nederlandse universiteiten.
En Jawel: iedere tweede- en derdejaars WO-student kan participeren in dit programma. Mijn interesse was gewekt! Een aantal maanden later, na de uitgebreide sollicitatieprocedure te hebben doorlopen, kreeg ik het telefoontje waarop ik zo lang gehoopt had. Ik mocht deelnemen aan de NAHSS 2017! Nadat je bent aangenomen, zal er een keuze gemaakt moeten worden voor een project, dat je in groepsverband zal gaan uitvoeren in Azië voor één van de NAHSS partners. Na wikken en wegen koos ik voor een project van ABN AMRO. De keuze voor een project bepaalt tevens de stad waar je gedurende de zomer zal verblijven, alsook de universiteit waaraan je een zomerprogramma zal volgen. De keuze voor het ABN AMRO project betekende dat ik iets minder dan zes weken zou spenderen in Hong Kong en aldaar vakken zou gaan volgen aan de Chinese University of Hong Kong (afgekort: CUHK). Samen met 7 andere studenten kreeg ik de opdracht van ABN AMRO om een onderzoek uit te voeren naar de kansen die liggen voor de bank binnen de Chinese food- en agrimarkt. Ter voorbereiding hierop, hebben we in Nederland een aantal trainingen van ABN AMRO en andere multinationals gekregen. Deze trainingen waren doorgaans inhoudelijk van aard, maar ook gericht op teamwork en persoonlijke ontwikkeling.
Op 24 juni was het dan zover: ik stapte met goede moed in de intercity richting avontuur. Nog geen 24 uur later kwam de groep honours-studenten aan op de universiteit in Hong Kong, alwaar we ongeveer 6 weken zouden verblijven in een ‘dorm’. Op dinsdag, woensdag en donderdag volgden we de vakken die we reeds van tevoren hadden gekozen. Ik had bewust gekozen voor vakken die een enigszins buiten mijn eigen straatje vielen: ‘Global Enterprise Management’ en ‘Engineering innovation and Enterpeneurship’. De lesdagen waren intensief, men moest veel essays schrijven, presentaties geven en tentamens voorbereiden. De vakken zijn inhoudelijk goed opgezet en je doet derhalve ook veel nieuwe academische kennis op! Het hielp echter niet echt dat ik naast deze vakken en het ABN AMRO project, tevens mijn bachelor thesis aan het afronden was…
Het was natuurlijk niet alleen maar leren en hard werken. Tijdens de pauzes heeft men tijd om samen met klasgenoten te lunchen en de avonden kan men naar eigen inzicht besteden. De vrije dagen die je hebt, worden benut om Hong Kong op alle mogelijke manieren te leren kennen. Zo zijn er regelmatig bedrijfsbezoeken, culturele uitjes, en natuurlijk ook de nodige stapavonden in het uitgaansdistrict van Hong Kong: Lang Kwai Fong.
De bedrijfsbezoeken waren een leuke manier om het bedrijfsleven in Hong Kong te leren kennen en bovendien was het interessant om de werknemers en expats die hier actief waren te spreken. Persoonlijk was ik erg gecharmeerd van het leven dat expats hebben in Hong Kong. Ze werken een aantal jaren in deze internationale metropool, krijgen hun huisvesting betaald en hebt de gelegenheid om een nieuwe cultuur (en taal) te leren kennen. De bedrijfsbezoekjes werden afgesloten met een gezellige borrel. De universiteit verzorgde tevens regelmatig uitjes naar toeristische hotspots. Zo bezochten we Victoria Harbour en Victoria Peak, die beide een prachtig uitzicht over Hong Kong bieden. Ook reisden we af naar een boeddhistische tempel waar we de 268 treden tellende heilige trap mochten beklimmen, om zo onze opgelopen lijst met zonden weg te poetsen. Last but not least, kregen we tickets voor het Ocean park: een pretpark/aquarium/dierentuin net buiten Hong Kong. Hier heb ikzelf heerlijk kunnen vertoeven met mijn vriendin, die toevallig óók voor een weekje in Hong Kong was.
De Laatste dagen in Hong Kong was ik nog druk in de weer met het ABN AMRO project en toen begon langzaam tot mij door te dringen dat dit mooie avontuur bijna ten einde zou lopen. Echter, als klap op de vuurpijl, kers op de taart, moment suprême, reisden alle 100 NAHSS-deelnemers af naar Shanghai, alwaar ze een ‘business en culture week’ te wachten stond. Gedurende deze week leerden we de stad Shang Hai kennen, woonden we theeceremonies bij, leerden we Tai Chi en Majong spelen en nog veel meer! Het is ook verrijkend om de ervaringen van de deelnemers te horen die in andere steden verbleven. Zo staan mij verhalen bij van een groep ‘Nahssers’ die op de Chinese muur hebben geslapen(!), en een andere groep die een drie-kilometer hoge berg heeft beklommen en ‘s nachts wakker is geworden omdat er ineens een jak in hun tent stond.
Na de ‘business en culture week’, zit het internationale deel van het NAHSS-programma er alweer op. Eenmaal terug op Schiphol, volgt er een beklemmend gevoel wanneer we elkaar aankijken bij de bagageband, wachtend op de eerste koffers op de band te vallen. ‘’Dit was het dan’’. Na een met knuffels overladen afscheid, loopt iedereen langzaam richting zijn/haar ouders, naar de parkeergarage of naar het treinstation.Het is inmiddels avond wanneer ik de intercity uitstap en met mijn koffer richting mijn vriendin hobbel die op het perron staat te wachten. De geur van het frietenvet van de snackbar komt mijn neus tegemoet. Tegelijkertijd hoor ik de vertrouwde stem van de NS-mevrouw door de speakers op het station galmen. Ik ben weer thuis.