Bovenstaande werd getweet door Thierry Baudet, fractievoorzitter Forum voor Democratie, op 20 juni 2019. Aanleiding was de uitspraak van de rechtbank Rotterdam diezelfde dag tegen de verdachte Gerson F., die op 21 juli 2018 een 20-jarige studente in Rotterdam verkrachtte en zwaar mishandelde.[1] Wat de populistische tweet van de heer Baudet niet vermeldde, was dat Gerson F. de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ) opgelegd kreeg.[2] Halve informatieverspreiding met als doel het creëren van onrust dus.[3] Met resultaat: een hoop boze reacties van naïeve burgers vol onbegrip over de Nederlandse rechtspraak, bijna duizend retweets en ruim tweeduizend vind-ik-leuks; “laffe rechters, dat is het probleem!” luidt een van de reacties.
Van de mensen die reageerden op de tweet leek op een paar juristen na – die Baudet overigens kwalijk namen deze onvolledige informatie te verspreiden – niemand het vonnis te hebben gelezen.[4] Waar valt dat aan te wijten? Desinteresse van de burger, de vindplaats van het vonnis of juist het taalgebruik in een vonnis? Over dat laatste, het taalgebruik, diende D66-kamerlid Maarten Groothuizen eind november 2018 een motie in. Volgens Groothuizen zouden rechters het B1-taalniveau moeten hanteren. Een kamermeerderheid steunde hem. ‘Veel mensen snappen het juridische woordgebruik van rechters niet. Dat draagt niet bij aan het vertrouwen in de rechtspraak,’ aldus Groothuizen. Het B1-taalniveau, dat de rijksoverheid ook gebruikt voor informatie aan burgers, zou 80% van de bevolking moeten kunnen begrijpen.
Als reactie op de motie schreven Amber Oomen-Delhaye (docent-onderzoeker Hogeschool Arnhem-Nijmegen) en Esther de Boer (kinderrechter rechtbank Gelderland) dat de niveaus zijn ontwikkeld om de verschillende niveaus van taalvaardigheid van de niet-moedertaalspreker in een moderne vreemde Europese taal te duiden.[5] Probleem is, schrijven de auteurs, dat uit deze niveaus niet is af te leiden hoe een begrijpelijke tekst eruit zou moeten zien. Tevens ontbreekt iedere wetenschappelijke onderbouwing van het percentage dat Groothuizen als onderbouwing voor zijn motie noemde.
Dat de noodzaak bestaat tot toegankelijke rechtspraak, daar was de Rechtspraak zich al van bewust. Sinds 2015 bestaat binnen de Raad voor de Rechtspraak een Werkgroep Begrijpelijkheid die handvatten opstelt voor helderder taalgebruik, zowel tijdens de zitting als op schrift. Verder is al in 2005 het project motiveringsverbetering in strafvonnissen (promis) gestart. Die methode biedt de schrijver van een uitspraak een structuur die dwingt tot uitleg over de afweging van het bewijs. Zo krijgen lezers meer inzicht in het denkproces van de rechter.
Het vergemakkelijken van het taalgebruik in vonnissen is an sich een goed idee. De motie van Groothuizen was dan ook sympathiek en sluit aan bij de trend die de Raad voor de Rechtspraak in 2005 al inzette. Zolang een groot deel van de bevolking echter niet bereid is om uitspraken – in dit geval een tweet – van prominente en intelligente politici te controleren en zij liever klakkeloos overneemt wat diegene zegt, om vervolgens te klagen over het rechtssysteem, kun je je afvragen of diezelfde burger wel een eenvoudig geschreven vonnis gaat lezen en brengt die twijfel met zich dat de effectiviteit van ‘klare taal’ in vonnissen wellicht gerelativeerd moet worden.
[1] Rechtbank Rotterdam, 20 juni 2019, ECLI:NL:RBROT:2019:4924.
[2] Met een PIJ-maatregel wordt een jongere met een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis opgenomen in een justitiële jeugdinrichting. Hier krijgt hij een intensieve behandeling en begeleiding om herhaling van het misdrijf te voorkomen. De PIJ-maatregel kan een of twee keer worden verlengd tot een maximale duur van zeven jaar. Na de maximale periode kan de PIJ-maatregel, als de veiligheid van de maatschappij dit vereist, omgezet worden in een maatregel van terbeschikkingstelling (tbs).
[3] De ongenuanceerde vermelding ‘volwassen dader berecht als kind, want moeilijke jeugd’, laat ik hier buiten beschouwing.
[4] Interessant detail is dat de heer Baudet in 2012 zijn doctoraat in de rechten behaalde.
[5] https://blog.han.nl/lectoraat-hbo-rechten/b1-niveau-in-rechterlijke-uitspraken/; laatstelijk geraadpleegd op 26 oktober 2019.